maandag 7 oktober 2019

De laatste dag


Na vier weken sluiten we op vrijdag de Train the Trainer Program 2019, A training on teacher and training methodology, organized in the Framework of the Justice Capacity Building Project af. Tenminste, dat dacht ik. Maar het gaat niet altijd zoals je denkt.

Er is dit weekend weer feest, nu in Addis, Irreecha. Lees hier meer over in Feestmaand. 
Dus de training eindigt nu donderdagmiddag. Dat verandert de zaak. De trainees moeten uiterlijk 12 uur hun eindproduct, de trainer manual voor de training die ze ontwikkeld hebben, inleveren. Ik word naar het hotel gereden om de certificaten op te halen. Terug in het trainingscentrum beoordeel ik de manuals en de andere leeruitkomsten. Om 4 uur is dan de ceremonie. Dus vraag ik de trainees om hun eindpresentatie met elkaar te organiseren terwijl ik achter in de zaal hun manuals beoordeel. Dat doen zij prima.


Het kost me heel wat zweetdruppels om de zeven groepen op alle onderdelen zorgvuldig te beoordelen. En omdat ik geen internet heb, kan ik niet sparren met collega Michael. Het doet me goed te zien dat de groepen deze laatste dagen hun manual echt verbeterd hebben. Het klopt ook dat ze steeds beter begrijpen wat traineegericht leren betekent. Het kwartje valt bij een aantal deelnemers in het rollenspel Coaching. Daaraan voorafgaand hebben we uitgebreid gesproken over het verschil tussen adviseren en coachen. Kort door de bocht: bij adviseren geef je tips en bij coachen stel je vragen. Dat was een eyeopener. Na de rollenspellen kwamen er vragen: “Wat doe je nu met een groep rechters die vindt dat jij college moet geven, jij bent toch de expert?” Of nog erger: “Wat als ze vinden dat je onbekwaam bent omdat je hen het werk laat doen en daarom een klacht indienen bij de directeur?”

Uitreiking van de certificaten
Ik leg de vragen voor aan de hele groep en vraag hun om suggesties te doen. En dan zie ik dat het werkt. Nu blijven ze niet vriendelijk en afwachtend naar mij kijken, maar ze beginnen direct te overleggen. En er komen goede suggesties. Bijvoorbeeld: leg aan het begin uit wat er anders gaat zijn aan deze training en geef de deelnemers tijd om te wennen aan de nieuwe werkwijze. Of: bespreek dit van tevoren met de manager, zodat deze jou blijft steunen en een weerwoord heeft aan eventuele klagers. In de loop van deze 4 weken hebben de deelnemers meer zelfvertrouwen gekregen en durven ze voor deze werkwijze te staan. Daar ben ik trots op!

Om kwart over 4 ben ik klaar. De deelnemers zijn al naar de ceremonieruimte en ik word opgevangen door Lense en Hawi, twee deelneemsters. Ik krijg een traditionele Oromojurk aan met alle sieraden die erbij horen. Ook voor Michael is er een traditioneel shirt. Dan vertrekken we naar de ceremonie. Als we binnenkomen klinkt er een luid applaus. Iedereen neemt foto’s en vindt me ‘pretty’ en ‘real Ethiopian’.
Dan begint de ceremonie. Noh is ceremoniemeester en ook dat doet hij geweldig! Hij verwelkomt de vice-Attorney General en de directeur, Mr. Tesfaye. Daarna nodigt hij de sprekers uit.

Eerst komen er speeches van vertegenwoordigers van de verschillende groepen trainees, de universitair docenten, politie-inspecteurs, openbaar aanklagers en trainers. Veel mooie woorden voor alle betrokken instanties en voor ons. Fijn om te horen dat ze allemaal duidelijk maken wat deze training hun en hun beroepsgroep gebracht heeft.
Women Power, 9 van de 39 deelnemers.
Daarna spreken de beide VIP’s. Zij doen het in Oromo en Engels, fijn voor de deelnemers. Dan volgt de uitreiking. Noh noemt de namen, de Attorney General overhandigt het certificaat en Mr. Tesfaye en ik feliciteren. Het loopt gesmeerd! Bij het noemen van de namen klappen de aanwezigen ritmisch tot hij of zij het certificaat heeft ontvangen. Zo hoort het, begrijp ik.

Dan krijg ik het woord, als laatste.
Ik voel de brok in mijn keel en mijn stem bibbert: dit is toch echt het afscheid. Deze groep heeft iets in mij geraakt, dus het valt me zwaar. Ik vertel dat ik na de meeste trainingen wel met een tevreden gevoel terugkijk. Maar soms zijn er groepen waar iets bijzonders gebeurt. Je merkt het direct, er is een klik. Dat gebeurde ook hier, in Adama. We waren heel erg samen. In het zoeken naar de juiste woorden om elkaar te begrijpen. In het plezier om sommige oefeningen.  Ik heb de verwarring en onzekerheid gezien. Hoe ze worstelden om zich de nieuwe begrippen eigen te maken én toe te passen in een module. Ik heb het enthousiasme gezien waarmee ze het rollenspel speelden. Ik heb gezien hoe ze samen probeerden iets moois te ontwerpen. Ik heb mooie gesprekken gevoerd over hun geloof, de politiek, het rechtssysteem, huizen, kinderen en eten. Ik heb heel veel geleerd van deze vriendelijke, zachtaardige, voorkomende mensen. We hebben samen een stap gezet naar betere trainingen. Ik ben blij en dankbaar dat ik daar deel van kon uitmaken.

Mr. Dhaba geef ik als symbolisch cadeau mijn etui met schilderstape, gekleurde post-its, schaar, lijm, plakband en viltstiften. Een mooi begin van een koffer met trainersgereedschap. Nu we hier bij elkaar zijn, vraag ik Mr. Tesfaye of niet een van de trainingsruimten omgebouwd kan worden tot een flexibele ruimte, zodat er in groepen gewerkt kan worden. Je moet het ijzer smeden als het heet is!

Dan is het tijd voor de foto’s en ongeveer 100 selfies in allerlei samenstellingen. We nemen afscheid.
Een deel van de groep. de rest was bezig foto's te nemen ;-)
De trainees gaan de bus in en ik mag uit eten met Mr. Tesfaye, Dhaba en Noh. Tijdens het eten spreken we af dat we contact houden. Collega Michael en ik willen graag blijven ondersteunen op afstand. Want deze groep en hun leidinggevenden hebben een missie: ze willen écht iets veranderen. Volgens Mr. Tesfaye “Er is nog zoveel te verbeteren in het justitiële apparaat, bij de politie en bij de beleidsmakers. Daar hebben we deze nieuwe manier van trainen voor nodig.”
Hij weet het zeker, wij kunnen echt iets betekenen voor deze trainers en voor het trainingscentrum. Dat is precies wat ik in de afgelopen weken heb geleerd.


Feestmaand

September, of eigenlijk Mäskäräm, volgens de Ethiopische jaarrekening, is een feestmaand. Dat hebben we gemerkt in onze training. Er vielen drie dagen uit. De eerste was op donderdag 12 september, Ethiopisch Nieuwjaar en het begin van de maand Mäskäräm, de feestmaand. Dat was in de eerste week van de training, toen collega Michael de groep begeleidde. De Ethiopische kalender is gekoppeld aan het liturgisch jaar van de orthodoxe kerk. De orthodoxe christenen noemen dit feest Nayrouz. In het Amhaars heet het Enkutatash. Het is een ingewikkeld verhaal hoe dit is ontstaan, maar wikipedia weet er wel raad mee! Volgens mij begon voor Ethiopië toen het jaar 2020, maar het zou ook zomaar 2019 kunnen zijn.
In ieder geval is het een feest dat onze deelnemers graag in huiselijke kring vieren. Een grote groep logeert gedurende de trainingsweek in een guesthouse in Adama. Het openbaar vervoer is niet zo betrouwbaar. Op één dag heen en weer is praktisch onmogelijk. Dus waren ze op donderdag en vrijdag vrij en haalden ze op zaterdag een dag in.

Meskel in Adama
Overigens heeft Ethiopië niet alleen aan andere jaartelling, ook de dagindeling is anders. Ze beginnen te tellen bij zonsopkomst, om ongeveer 7 uur. Omdat het land niet ver van de evenaar ligt, is dat het hele jaar ongeveer gelijk. Dus 7 uur is 1 uur, 8 uur is 2 uur en zo door. Om 19:00 uur beginnen ze weer bij 1. Het is dan ook weer donker. Middernacht onze tijd is dus 6 uur Ethiopische tijd. Het valt me mee dat we hier geen moeilijkheden mee hebben gehad, want die tijden worden door elkaar gebruikt. Soms zeggen wij 15 uur, dan weer 3pm en zij zeggen dan soms 9 uur. Maar gelukkig kwamen we er steeds wel uit.



Meskel in Adama, gelukkig heb ik wit haar...
De tweede feestdag, op vrijdag 27 september is het feest van Meskel. Het is een religieus feest van de orthodoxe christenen. Dat is zo’n beetje de helft van de Ethiopische bevolking, dus het wordt breed gevierd. Met Meskel (=kruis) vieren de orthodoxe gelovigen dat de Romeinse keizerin Helena het ware kruis vindt. Het kruis waaraan Christus gestorven is. Aan de vooravond worden op pleinen grote vreugdevuren opgericht met het kruis in het midden. Voorafgaand aan vreugdevuur zijn er allerlei gebeden en toespraken. Ik ben met Noh naar het vreugdevuur in Adama geweest. Duizenden mensen waren verzameld op Meskel Square. De vrouwen in witte kleding en met in ieder geval een witte sjaal om het hoofd. Ook de mannen en kinderen vaak in het wit gekleed. Toen wij aankwamen was de ceremonie in volle gang: gebeden, gezangen, een toneelstuk waarin keizerin Helena eerst een vals kruis vond tot hilariteit van de menigte en daarna, onder luid gejuich, gelukkig ook het ware kruis. Na nog meer gebeden en toespraken werd het vuur ontstoken. Grote groepen mensen begonnen te dansen en te zingen en verlieten na een tijd ook dansend en zingend het plein. In allerlei wijken van de stad zijn er ’s avonds kleine vreugdevuren en de hele avond zag ik vanuit het hotel her en der vuurpijlen de lucht ingaan.


Irreecha-viering, onderweg van Adama naar Addis
In het weekend van 5 en 6 oktober is de derde feestdag, Irreecha, een soort Dankdag voor het gewas. Het is nu een cultureel feest voor heel Ethiopië, maar het komt oorspronkelijk bij de Oromo vandaan en wordt in Oromia het meest gevierd. Bij de overgang van regentijd/winter naar zomer, danken de Oromo God voor de rijkdom aan gewassen, het water, de bergen, dieren. Het is een heel oude traditie. De mensen gaan naar een rivier, hebben bossen gras bij zich. Ze dopen deze in het water en sprenkelen dat over zich heen. Een mooi ritueel.
Dit jaar vieren ze Irreecha voor het eerst in 150 jaar weer in Addis Abeba dat ook in Oromia ligt. Premier Abiy Ahmed én de burgemeester van Addis, beiden Oromo, hebben zich hier hard voor gemaakt. Lange tijd werd de regering gedomineerd door óf Amharen óf Tigray. Irreecha moest daarom worden verplaatst naar een andere stad. Maar nu dus weer in Addis, iedereen in Adama heeft het erover. Ik krijg steeds weer uitgelegd hoe belangrijk dit voor hen is.

Irreecha-viering, onderweg van Adama naar Addis
Zo krijgt Irreecha ook een politieke betekenis. Deze viering in Addis zien de Oromo als weer een stap in de richting van meer autonomie voor Oromia. Hoewel het een feest is van vriendschap, dankbaarheid en vrede, wordt er rekening gehouden met onlusten of mogelijk zelfs aanslagen. Daarom zijn er flinke veiligheidsmaatregelen genomen. En dat is de reden dat op het laatste moment besloten is de training niet op vrijdag, maar op donderdag af te sluiten. Men verwacht dat er 3 tot 5 miljoen mensen naar het Irreecha-feest gaan komen. Vanaf vrijdag staan er files op alle wegen naar en van Addis, ook door de security checks die er zijn. Om de trainees de gelegenheid te geven op tijd thuis te zijn, heeft Mr. Tesfaye, de directeur van trainingscentrum, besloten dat de training eindigt op donderdagmiddag. Natuurlijk gaan we daarin mee. Lees daarover in De laatste dag.

Ik vraag of mijn vertrek in gevaar komt. In de nacht van zaterdag op zondag vlieg ik naar Nederland. Nee, ’s middags kan ik gewoon naar Addis, dan weten ze of het allemaal veilig verloopt en dan zal het met de drukte wel meevallen. We gaan het zien.




vrijdag 4 oktober 2019

Lunch


Omdat er in het trainingscentrum geen restaurant is, gaan we voor de lunch naar Adama centrum. Voor de deelnemers staat de bus klaar en voor mij en Mr. Noh is er een SUV. Verschil moet er zijn! Ik heb me erbij neergelegd dat ik dat kan veranderen. Iedereen vindt het de normaalste zaak van de wereld dat het zo gaat. De enige keer dat er echt geen auto beschikbaar was en we mee reden in de bus, waren de deelnemers in alle staten. Dat hadden ze nog nooit meegemaakt.

Chiro met Hawi en Noh
In deze twee weken heb ik van alle keren dat ik in Ethiopië was het meest geleerd over het eten. En ook de lekkerste gerechten geproefd. Dat komt door Mr.Noh. Hij is niet alleen mijn beschermengel, degene die me meeneemt naar festiviteiten, de omgeving laat zien. Die zorgt dat de beamer ’s ochtends weer klaarstaat en dat de presentielijst getekend wordt. Hij zorgt er ook voor dat we elke middag een heerlijke maaltijd genieten. Noh is zelf een enorme genieter. Hij houdt van lekker eten en weet precies welke specialiteit een restaurant heeft. Hij is aan de dikke kant en daar wordt hij vaak mee geplaagd, maar hij trekt zich er niet echt iets van aan. Hij is gewoon een liefhebber. 
 Wat heel fijn is: Noh kent alle serveersters en pakt ze in met zijn charme. 
Dat legt ons geen windeieren, want ze doen echt hun best om ons iets lekkers voor te zetten.

Elke dag is het weer een verrassing waar we naartoe gaan. Als we zijn ingestapt, zegt hij bijvoorbeeld: “Miss Cilia, do you know chiro?” In dit geval zeg ik: “Yes, I took it last evening in the hotel. I liked it.” “OK, then we are going to eat a much better one!” Hij dirigeert de chauffeur naar een zijstraat waar achter een shabby schutting een mooi restaurant ligt. Voor we gaan eten, wassen we onze handen. Dat is namelijk ons eetgereedschap! Iedere gast gaat voor hij gaan eten naar de wasruimte om handen te wassen.

Noh mengt de kaas door de kitfo
Chiro bestaat uit injera (de nationale pannenkoek gemaakt van tef) met daarin verschillende sausen op basis van kikkererwten. Daar maken ze in dit restaurant heerlijke variaties op. Soms gelardeerd met gevulde groene pepers, dan weer met gestoofde kool, wortel en sla, of hardgekookt ei en wat vlees.  Op woensdag en vrijdag eten we vegetarisch omdat het een vastendag is voor orthodoxe christenen. Dat is geen straf, want chiro heeft helemaal geen vlees nodig. Noh eet er flink van en moedigt mij aan dat ook te doen. Ik eet echt veel, maar hij dringt aan om toch vooral nog meer te nemen, minstens nog drie happen ;-)
Naast chiro, dat veel gegeten wordt, eten we ook een paar keer kitfo. Rauw rundvlees dat gemengd wordt met verse kaas. Er wordt een scherpe peper bij geserveerd en natuurlijk injera. Noh raadt aan de peper maar niet te nemen. Ik probeer een klein tipje en geef hem gelijk. Deze kitfo kunnen we eten, omdat Noh heel zeker weet dat ze vers is. Het is erg lekker, veel smakelijker dan de carpaccio die wij in Nederland eten. Tijdens de Meskel festiviteiten, rond 27-28 september, is het traditie kitfo te eten. Het is een geliefd gerecht, maar voor de meeste Ethiopiërs te duur. Tijdens Meskel probeert iedereen het toch minstens één keer te eten.

Mini-bbq met geroosterd geitenvlees
Met Hawi en Noh ga ik ook naar een restaurant dat gespecialiseerd is in geitenvlees. We beginnen met het uitzoeken van het vlees. Er hangen drie geiten aan vleeshaken en er liggen verschillende lappen. Hawi en Noh onderhandelen over vlees en prijs. Dan gaan we zitten en even later wordt er een stoofgerecht met geitenvlees en groente geserveerd. Heerlijk zacht gekruid. Natuurlijk eten we dat met injera. Daarna komt er een mini-bbq’tje met geroosterd geitenvlees en peper. Ongelooflijk lekker!

Elke maaltijd sluiten we af met koffie, altijd gezet op de Ethiopische manier, Noh vindt machinekoffie niet te pruimen! Soms in het restaurant, soms bij een van de kleine koffietentjes langs de straat.
Dan belt Noh de chauffeur en rijden we terug naar het trainingscentrum. De deelnemers zijn ondertussen ook weer gearriveerd. Na een pauze van twee uur nu eerst even een energizer, want van al dat lekkere eten word je wel een beetje sloom. Dan werken we door tot 4 uur. Tijd voor thee, koffie en lekkers!