Voor het eerst in mijn leven heb ik een portfolio
samengesteld. Met het portfolio wil ik mijn bekwaamheid als docententrainer
/-opleider aantonen. Dat doe ik niet zomaar. Ik maak deel uit van een groep
docententrainers die een pilot doen ter voorbereiding van een eventueel
registratietraject. Wij zijn leden van het EHON, Expertisenetwerk Hoger
Onderwijs, http://www.ehon.nl/ Dat is een vereniging van onderwijsadviseurs
en docententrainers in het hoger onderwijs. In de pilot werken we een
competentieprofiel voor de docentenopleider uit en stellen we een portfolio
samen. Dat laatste om te toetsen of het profiel inderdaad de bekwaamheid van de
samensteller kan meten.
Mijn eerste portfolio is meteen digitaal. |
Ik doe mee aan de pilot omdat ik de achterliggende gedachte
ervan omarm: als je van docenten in het hoger onderwijs een bepaalde
bekwaamheid verwacht, moet je ook zeker weten dat hun opleiders bekwaam zijn. Ik
vind het mooi dat het EHON dit oppakt en via onze ervaringen een profiel
ontwikkelt. Ik vind het extra leuk om met de pilot mee te doen omdat ik als
enige in het hbo werk. De anderen werken in opleidingscentra die verbonden zijn
aan een universiteit. Alleen al daarom vind ik het zinnig om deel te nemen aan
deze werkgroep.
Goed. Ik heb dus een portfolio samengesteld. In januari ben
ik begonnen. Eerst de zes competenties en de bijbehorende criteria nog eens
goed lezen. We hebben ze zelf beschreven, maar nu ik moet aantonen of ik deze
competenties bezit, lees ik ze heel anders. Hoe laat je nu zien dat je bekwaam
bent? Wat zijn goede bewijzen? Ik begin bij de eerste competentie: Trainingen (her-)ontwerpen. Er horen
acht criteria bij. Van alle acht moet je een of misschien meerdere bewijzen in
het digitale portfolio uploaden. Het is een flinke zoektocht. Ik ontdek op de
eerste middag al dat ik mijn archief niet echt goed op orde heb. Nog een avond
en middag besteed ik aan het ‘vullen’ van het portfolio. Dan is er een overleg
van de werkgroep.
Vier groepsleden hebben aan het portfolio gewerkt. We merken
dat we behoefte hebben aan een leeswijzer, een sterkte-/zwakteanalyse, aan reflectie
en aan concrete casus. Zo kun je als samensteller concreet maken wat je bedoelt
en kun je de lezer meer achtergrond geven bij de bewijzen. We maken een soort
handleiding voor de gebruikers, die we dan ook weer zelf kunnen uitproberen.
Ook het portfolio wordt op ons verzoek iets anders ingericht.
In de meivakantie ben ik ongeveer drie dagen met de verdere
invulling bezig. Ik maak een onderwijs-cv, een sterkte-/zwakteanalyse bij elke
competentie, probeer dit zelfs te doen voor elk criterium. Ik reflecteer,
beschrijf met de STARR-methode concrete voorbeelden van hoe ik gehandeld heb en
zoek op allerlei digitale plekken naar bewijzen. Wat fijn dat we nu ook vanuit
huis kunnen inloggen op het netwerk van de hogeschool. Ik kan dus ook daar op
zoek!
Het is een klus, maar het is ontzettend leuk om zo na te
denken over wat ik als docententrainer doe en waarom ik het op deze manier doe.
Het is fijn om te genieten van de dingen die goed gaan, zoals collega’s
betrekken en activeren. En het is erkennen van dingen die soms misgaan, zoals
die keer dat ik vooraf niet goed afgestemd heb met onderwijsmanager en docenten
over de inhoud van een trainingsbijeenkomst.
Het moment van de waarheid komt tijdens de bijeenkomst van
de werkgroep op 24 juni. Vier leden van de werkgroep hebben hun portfolio
samengesteld. Twee leden hebben de rol van kritische lezer / beoordelaar. Gedurende
zes uur spreken we de vier portfolio’s door. De lezers / beoordelaars hebben
allerlei vragen, maar die hebben wij samenstellers ook voor elkaar. Het is leuk
en leerzaam om collega’s van zo dichtbij te leren kennen, want dat gebeurt bij
het lezen van en praten over een portfolio. Je maakt je kwetsbaar, niet zozeer
omdat je ook je zwakkere kanten benoemt. Ik vind het vooral kwetsbaar omdat het
over mijn passie gaat. Dan gaat het over mij, over wat mij ten diepste raakt.
Het gaat niet over wat ik dóe, het gaat over wie ik ben. Dat merk ik ook bij de
anderen.
Voor sommigen gaf het samenstellen van het portfolio al
voldoening, anderen willen toch graag horen of ze op basis van dit portfolio
t.z.t. ook geregistreerd kunnen worden. Per slot van rekening hebben we er
allemaal heel veel tijd en energie in gestopt. Daar kan nog niet veel over
gezegd worden. Ofschoon ze op persoonlijke titel zeggen dat ze ons alle vier
wel bekwaam vinden J
We besluiten nog één slag te maken. Nog één keer je
portfolio doorlopen, bijwerken en fijn slijpen. En tegelijkertijd ook nog eens
heel goed naar de criteria kijken. Het zijn er namelijk wel erg veel, hebben we
gemerkt. Het profiel is wellicht té gedetailleerd. En nadenken over een
‘traject’ dat je docentenopleiders kunt bieden om hen te helpen tijdens het
samenstellen. Wij hebben nu gemerkt hoe het praten over elkaars portfolio’s
helpt bij het aanscherpen van je eigen portfolio. Dat is het moment waarop je leert, waarop ik leer. Dat maakt deze dag bijzonder en waardevol!